Introduction to Programming in .NET (MOC10975)

Gedurende deze training leer je de basisprincipes van computerprogrammering door het gebruik van Microsoft Visual Studio 2013 en de programmeertalen Visual C# of Visual Basic. De training gaat uit van geen voorafgaande programmeerervaring en introduceert de concepten die nodig zijn om door te stromen naar de tussenliggende trainingen over programmeren, zoals Programmeren in C# (MOC20483).
De focus zal liggen op essentiële programmeerconcepten zoals computeropslag, datatypes, beslissingsstructuren en herhaling door middel van loops. De training behandelt ook een introductie tot object-georiënteerd programmeren met betrekking tot classes, encapsulation, inheritance en polymorphism. Er wordt ook aandacht besteed aan exception handling, applicatiebeveiliging, performance- en geheugenbeheer.

Deze training is bedoeld voor iedereen die nieuw is in de softwareontwikkeling en inzicht wil, of moet krijgen in programmeerfundamenten en objectgeoriënteerde programmeerconcepten. Dit zijn meestal middelbare scholieren, postsecundaire scholieren of loopbaanwisselaars, zonder voorafgaande programmeerervaring. Ze willen misschien eerst inzicht krijgen in de basisprincipes van programmeren voordat ze verder gaan met meer geavanceerde trainingen zoals Programming in C# (MOC20483).

De volgende onderwerpen zullen gedurende de training aan bod komen:

• Module 1: Inleiding tot essentiële programmeringsconcepten
• Module 2: Essentiele programmeertaalconcepten
• Module 3: Programmastroom
• Module 4: Algoritmen en datastructuren
• Module 5: Foutafhandeling en Debugging
• Module 6: Inleiding tot Object-georiënteerd programmeren
• Module 7: Meer Object-georiënteerde programmering
• Module 8: Inleiding tot Applicatiebeveiliging
• Module 9: Kern-I/O-programmering
• Module 10: Applicatieprestaties en geheugenbeheer

Om deel te nemen aan deze training dien je de volgende voorkennis te hebben:

• Je hebt het vermogen om computers te gebruiken om programma’s te starten, bestanden te openen en op te slaan, applicatiemenu’s en interfaces te navigeren
• Het vermogen om logische concepten zoals vergelijkingen te begrijpen
• Begrijp de getaltheorie
• Het vermogen om gestructureerde aanwijzingen of stapsgewijze procedures te creëren, te begrijpen en te volgen.
• Het vermogen om abstracte concepten te begrijpen en toe te passen op concrete voorbeelden